Wanneer sterft de gelovige met Christus?

Op een aantal verschillende plaatsen in het nieuwe verbond lezen we dat als de gelovige sterft met Christus, is dit een garantie van leven met Hem.

2Ti 2:11 Dit is een getrouw woord; want indien wij met Hem gestorven zijn, zo zullen wij ook met Hem leven;

Het is dus erg belangrijk om te weten wanneer de gelovige met Christus sterft!!!
Dit vers zou elke geinteresseerde in het Woord van God moeten doen vragen, maar waar sterf ik dan met Christus?

Verder lezen we op twee andere plaatsen:

Gal 2:20 Ik ben met Christus gekruist; en ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons van God, Die mij liefgehad heeft, en Zichzelven voor mij overgegeven heeft.

Col 3:1 Indien gij dan met Christus opgewekt zijt, zo zoekt de dingen, die boven zijn, waar Christus is, zittende aan de rechter hand Gods.

Col 3:2 Bedenkt de dingen, die boven zijn, niet die op de aarde zijn.

Col 3:3 Want gij zijt gestorven, en uw leven is met Christus verborgen in God.

In de eerste tekst lezen we dat Paulus gekruisigd is. Dat houd in dat hij gestorven is en Christus leefde nu in hem. De oude mens in Paulus was gestorven, de nieuwe mens was gaan leven. Zijn nieuwe leven was door het geloof in Christus.

.....maar waar sterf ik dan met Christus?

In de tweede tekst zien we dat er een opwekking is in Christus.
Dus ook hier weer het contrast tussen “het oude leven gestorven en het nieuwe leven gekomen”, dit is een constant terugkerend element in de leringen van het nieuwe verbond.
Het oude sterft en het nieuwe komt tot leven

Op een andere plaats schreef Paulus:

2Co 5:17 Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, ziet, het is alles nieuw geworden.

Als we in Christus zijn is al het oude voorbijgegaan en al het nieuwe is gekomen.
Maar de vraag is nu, wanneer sterft iemand met Christus en hoe staat dit in relatie tot de wedergeboorte?
Als iemand sterft dan volgt er een begrafenis en een opstanding, als iemand sterft dan is er een afleggen van het oude en het aannemen van het nieuwe.

Als iemand sterft komt er nieuw leven.
Wederom geboren houd in dat we sterven, maar opnieuw de vraag, wat leert het nieuwe verbond over het sterven en het levend gemaakt worden van die mens dit tot Christus komt.

Beantwoord deze vraag eerst voor jezelf voordat je verder leest.

Paulus die de schrijver van alle bovenstaande gebruikte verzen is laat in een aantal van zijn boeken heel duidelijk zien wanneer iemand sterft. Als we kijken naar de woorden van Paulus dan zien we ook dat de Bijbel zijn eigen beste uitlegger is.
Veel mensen proberen de Bijbel zelf uit te leggen, maar als mensen moeten we leren om de Bijbel zichzelf uit te laten leggen.
En God heeft ons alles gegeven om al deze dingen te begrijpen, het enige dat er voor nodig is om een hart te bezitten dat rein, arm en leeg is.
Want zulke harten kan God vullen met Zijn waarheid, genade en liefde.

Laten we dan eens kijken naar laatste verzen van Romeinen hoofdstuk 5 en het begin van hoofdstuk 6.

Rom 5:20 Maar de wet is bovendien ingekomen, opdat de misdaad te meerder worde; en waar de zonde meerder geworden is, daar is de genade veel meer overvloedig geweest;

Rom 5:21 Opdat, gelijk de zonde geheerst heeft tot den dood, alzo ook de genade zou heersen door rechtvaardigheid tot het eeuwige leven, door Jezus Christus onzen Heere.

Rom 6:1 Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade te meerder worde?

Rom 6:2 Dat zij verre. Wij, die der zonde gestorven zijn, hoe zullen wij nog in dezelve leven?

Rom 6:3 Of weet gij niet, dat zovelen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn?

Rom 6:4 Wij zijn dan met Hem begraven, door den doop in den dood, opdat, gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt is tot de heerlijkheid des Vaders, alzo ook wij in nieuwigheid des levens wandelen zouden.

Rom 6:5 Want indien wij met Hem een plant geworden zijn in de gelijkmaking Zijns doods, zo zullen wij het ook zijn in de gelijkmaking Zijner opstanding;

Rom 6:6 Dit wetende, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde te niet gedaan worde, opdat wij niet meer de zonde dienen.

Rom 6:7 Want die gestorven is, die is gerechtvaardigd van de zonde.

Rom 6:8 Indien wij nu met Christus gestorven zijn, zo geloven wij, dat wij ook met Hem zullen leven;

Rom 6:9 Wetende, dat Christus, opgewekt zijnde uit de doden, niet meer sterft; de dood heerst niet meer over Hem.

Rom 6:10 Want dat Hij gestorven is, dat is Hij der zonde eenmaal gestorven; en dat Hij leeft, dat leeft Hij Gode.

In deze verzen zien we een aantal zaken.

1. Zonde en genade. (5: 20, 21)

Paulus laat zien in vers 20 en 21 van hoofdstuk 5 dat waar de zonde geregeerd heeft de genade van God meer dan overvloedig is geworden.

Paulus laat daar zien dat God's genade de zonde heeft overwonnen.
God heeft de breuk die ontstaan is door de zonde van de mens (Jesaja 59: 1, 2) overwonnen in Christus.

Wet werd door God gegeven voor de mensen om zich daaraan te houden, omdat de mens deze wet niet heeft kunnen volbrengen door hem compleet te houden, is de mens vervallen in de zonde.

Paulus laat daar zien dat God's genade de zonde heeft overwonnen.

De zonde heeft geheerst tot in de dood, maar de genade van God de Vader tot rechtvaardigheid tot eeuwig leven in Jezus Christus.
Door het offer van de Zoon van God heeft God de Vader de zonde teniet gedaan.
Christus heeft alles overwonnen en door Hem worden we overwinnaars.

2. Welke conclusie. (6: 1- 2)

Paulus schrijft dan in vers 1 van hoofdstuk 6: “Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade te meerder worde”, en het antwoord op die vraag is een “volstrekt niet”.

We zien hier dat Paulus een gedachte wil ontkrachten die bij hen zou kunnen ontstaan.
Als de genade toch groter is kunnen we wel blijven zondigen.

Paulus wil zijn lezers eraan herinneren dat dit niet betekent dat ze gewoon maar kunnen blijven zondigen omdat de genade van God toch groter is dan de zonde.
Paulus laat zien dat dit de verkeerde gevolgtrekking is uit het goddelijke principe dat de genade groter is dan de zonde.

Paulus laat ook zien dat wie der zonde gestorven is daar niet meer in kan leven. Als we Christen zijn laten we ons oude zondige leven achter ons.
In de volgende verzen gaat Paulus laten zien wanneer dit is gebeurd.

3. We zijn gedoopt in Zijn dood tot nieuwheid van leven. (6: 3- 4)

Paulus gaat hier uitleggen wat er met hun was gebeurd.

Paulus laat zien dat ze moesten weten dat het zondige lichaam hen ontnomen was. Wanneer was dat ontnomen? Dat was ontnomen toen deze gelovigen gedoopt waren in de dood van Christus.

Het sterven en levend worden van Christus word hier symbolisch gebruikt om ditzelfde proces in het leven van de gelovige aan te geven. 

Toen de gelovige in Christus werd gedoopt werd deze gelovige in Zijn dood gedoopt. Waarom deze vergelijking??
Toen Christus is gestorven is Hij door de kracht van Zijn Vader opnieuw tot leven gebracht.
Het sterven en levend worden van Christus word hier symbolisch gebruikt om ditzelfde proces in het leven van de gelovige aan te geven.

4. Indien we met Hem gelijk zijn geworden in Zijn dood worden we het ook met Hem in Zijn opstanding. (Rom. 6: 5: 6)

Als we gelijkgeworden Zijn met Hem in de dood, worden we ook gelijk aan Zijn opstanding. Deze opstanding van Christus is de opstanding uit Zijn dood.

Toen Christus opgewekt is uit de dood is hij tot leven gebracht en Hij is opgevaren naar de rechterhand van de Vader. Tot leven gebracht om nooit meer te sterven.
Zo is Hij de eersteling geworden onder hen die nooit meer zullen sterven.

En zo schrijft Paulus dat als we gedoopt zijn dat we in zijn dood gedoopt zijn.
Daar zijn we gestorven, in onze doop, in Zijn dood.

5. Wie gestorven is is gerechtvaardigd van de zonde. (Rom. 6: 7)

Dit is waarschijnlijk wel de climax van dit gedeelte.
Alleen wie gestorven is is gerechtvaardigd van de zonde. Dit is een zeer veelbetekende uitspraak en onze aandacht zeer waardig. Dit laat zien dat de doop in Christus een rechtvaardiging van zonde brengt, en wie gerechtvaardigd is is vrij van de dood.

Als we kijken naar de Bijbelse context zien we dat de doop tot vergeving van zonden is, of om de zonden af te wassen. In de doop worden zonden afgewassen en zonden vergeven.

Act 2:37 En als zij dit hoorden, werden zij verslagen in het hart, en zeiden tot Petrus en de andere apostelen: Wat zullen wij doen mannen broeders?

Act 2:38 En Petrus zeide tot hen: Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in den Naam van Jezus Christus, tot vergeving der zonden; en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.

Act 22:16 En nu, wat vertoeft gij? Sta op, en laat u dopen, en uw zonden afwassen, aanroepende den Naam des Heeren.

Dit alles laat de belangrijkheid van de doop zien. Niet alleen de belangrijkheid maar ook de urgentie.

Tit 3:4 Maar wanneer de goedertierenheid van God, onzen Zaligmaker, en Zijn liefde tot de mensen verschenen is,

Tit 3:5 Heeft Hij ons zalig gemaakt, niet uit de werken der rechtvaardigheid, die wij gedaan hadden, maar naar Zijn barmhartigheid, door het bad der wedergeboorte en vernieuwing des Heiligen Geestes;

In dit laatste vers zien we dat de Bijbel spreekt over een bad der wedergeboorte.
Jezus sprak ook de woorden dat om in te gaan in het koninkrijk moest één geboren zijn uit water en uit geest.

Vele mensen hebben nooit de ware reden van de doop begrepen of geleerd.

Jezus gaf aan in de grote opdracht (Matt. 28, Markus 16 en Lukas 24) dat wie geloofde en gedoopt zou worden behouden zouden worden.
En dat is precies wat de woorden van Christus betekende, niks meer en niks minder.
Geloof en doop brengen behoudenis, maar als we vele groepen mogen geloven brengt het “aannemen van Christus” en het (zondaars) gebed redding en dan ergens op een later moment zullen we gedoopt worden.
Dit is een grote dwaalleer.

En dat is precies wat de woorden van Christus betekenen, niks meer en niks minder.
Geloof en doop brengen behoudenis....

Als we eens kijken naar deze woorden van Markus:

 Mar 16:15  En Hij zeide tot hen: Gaat heen in de gehele wereld, predikt het Evangelie aan alle kreaturen.
Mar 16:16  Die geloofd zal hebben, en gedoopt zal zijn, zal zalig worden; maar die niet zal geloofd hebben, zal verdoemd worden.

Dus als we dan de hele tekst nemen dan krijgen we: “Een ieder die een auto koopt en gaat rijden komt in Amsterdam, een ieder die geen auto koopt komt niet in Amsterdam”.

6. Als we met Hem gestorven zijn zullen we ook met Hem leven. (Rom. 6: 8- 10)

Zo mogen we dan weten, als we gestorven zijn met Hem in de doop, dan zullen we ook met hem leven.

En het leven hebbende tot in eeuwigheid.

Als we eens kijken naar deze woorden van Markus:

Mar 16:15 En Hij zeide tot hen: Gaat heen in de gehele wereld, predikt het Evangelie aan alle kreaturen.
Mar 16:16 Die geloofd zal hebben, en gedoopt zal zijn, zal zalig worden; maar die niet zal geloofd hebben, zal verdoemd worden.

Dus als we dan de hele tekst nemen dan krijgen we: “Een ieder die een auto koopt en gaat rijden komt in Amsterdam, een ieder die geen auto koopt komt niet in Amsterdam”.

7. Als we met Hem gestorven zijn zullen we ook met Hem leven. (Rom. 6: 8- 10)

Zo mogen we dan weten, als we gestorven zijn met Hem in de doop, dan zullen we ook met hem leven. En het leven hebbende tot in eeuwigheid.

In het voorgaande hebben we gezien dat als we gedoopt worden op basis van geloof en bekering naar Hem toe dat we de vergeving van zonden ontvangen.

In vele groepen, evangelische en pinkstergemeenten, word dit niet geleerd.
Daar word geleerd dat als je geloofd en Jezus aanneemt in je hart dat je dan al behouden bent. En we vragen dan, waar staat dit zo geschreven in de Bijbel. Al groepen die dit leren, leren een dwaalleer en beroven Jezus en Zijn bloed van Zijn kracht.

Als we met Hem gestorven zijn zullen we ook met Hem leven.
Om in Christus te komen moet de gelovige sterven, dit gebeurd in de doop en als dat voltrokken is dan komen we in het leven met Christus.

Dan gelden de woorden: “er is dan geen veroordeling meer voor hen die in Christus Jezus zijn”. (Rom. 8: 1) Dan gaat er een hele nieuwe wereld open.
Dan is er vrijheid, dan is er vreugde in het hart, een vreugde die niemand kan afnemen.

Jezus zei in Johannes 10:

Joh 10:28 En Ik geef hun het eeuwige leven; en zij zullen niet verloren gaan in der eeuwigheid, en niemand zal dezelve uit Mijn hand rukken.

Joh 10:29 Mijn Vader, die ze Mij gegeven heeft, is meerder dan allen; en niemand kan ze rukken uit de hand Mijns Vaders.

Ware gelovigen gaan niet verloren tot in der eeuwigheid.
Dat zijn woorden van Jezus, dat Zijn woorden van Hem die deze wereld heeft geschapen. Ook zien we de woorden dat niemand de ware gelovige uit de hand van Christus kan trekken.

Gegeven door de Vader, en die is meerder dan allen, niemand, niemand kan ze uit de hand van de Vader rukken.

Wat een belofte van God, wat een zegen dit is in het leven van een gelovige. Het boek van 1 Johannes laat ons dan ook zien dat we niet weten wat we zullen worden, maar we zullen Hem gelijk zijn. Gelijk zijn aan de grote Christus. (1 Joh. 3: 2)

Dat is waar we naar uit mogen kijken.

Ben je gestorven in Christus? Ben je gestorven in Christus zoals Hij het van je verlangt.
De bron, de Bijbel, is met ons, we kunnen het lezen en overdenken. Laat ons niet dwalingen van mensen volgen, laat ons zijn als mensen met een passie voor God en daarom voor zijn woord.

Laat je niet misleiden door dwaalleren, laat je niet misleiden door hen die het misschien wel mooi brengen maar niet de waarheid spreken.

Zoek Hem en laat Hem en Zijn woord je leiden in alles wat je doet.

Christus zei het: Wie geloofd en gedoopt is die zal behouden worden.
Die woorden zullen voor ons getuigen of tegen ons getuigen in die grote dag.

Copyright © 2019 Gert-Jan van Zanten · Webdesign by BinR
All Rights Reserved · webbijbel.nl
Hosted by VDX

 

Naar boven